Homme Prins woont met zijn moeder in een klein vissersplaatsje. Op een dag komt er een eigenaardige jongen bij Homme in de klas: Josja Pruis. Hij beweert een Siamese tweeling te zijn: zijn lichaam, en in het bijzonder zijn hoofd, deelt hij met zijn broer Kai.

Ook Homme heeft ooit een tweelingbroer gehad, maar die is vlak na de geboorte overleden.

Er ontstaat een voorzichtige vriendschap tussen Homme en de wat on- bereikbare Josja. Tot Josja na twee maanden verdwijnt, even plotseling als hij verschenen is. Hij laat een notitieboek achter, dat de sleutel vormt tot de vele raadsels die hem omringen. Samen met de mooie Ada Breugel probeert Homme te achterhalen wie Josja Pruis is en wat er met hem gebeurd kan zijn.